Het is 2017 en Donald Trump wordt deze week tot president ‘gekroond’. In de afgelopen weken is er veel geschreven over zijn populariteit. Een van de onderliggende verklaringen die overal terugkomt (overigens ook als het gaat over TTIP, Brexit, Wilders en het Oekraïne-referundum) is globalisering. Het is een moeilijk thema, maar wel een belangrijk thema, en het zou best eens een substantiële rol kunnen gaan spelen in de verkiezingen in maart.
Daarom ga ik 2 updates besteden aan globalisering. Deze week probeer ik te schetsen wat globalisering betekent. Volgende week laat ik zien hoe de verschillende partijen over moties met betrekking tot globalisering hebben gestemd.
Volgens Wikipedia:
Mondialisering (ook wel globalisering[1] genoemd) is een voortdurend proces van wereldwijde economische, politieke en culturele integratie, met als centraal kenmerk een wereldwijde arbeidsdeling, waarbij productielijnen over de wereld worden gespreid die gedreven worden door de informatie- en communicatietechnologie en door internationale handel.
Arbeidsdeling houdt in dat iedereen de dingen doet die zij/hij goed kan. Spreiding van productielijnen houdt in dat iedereen de dingen doet die zij/hij goedkoop kan.
Arbeidsdeling, of specialisatie, is niets nieuws en gaat duizenden jaren terug. Specialisatie op de huidige schaal is echter wel nieuw omdat zij bestaat bij de gratie van snelle communicatie (internet) en betrouwbaar transport (zeecontainer), de twee invloedrijkste uitvindingen van de vorige eeuw.
Het bekendste voorbeeld van globalisering is misschien wel de productie van een potje chocoladepasta:

En dat ligt voor nog geen Euro in de supermarkt:
Dat de hele wereld samenwerkt om voor jou een potje chocoladepasta te maken voor deze prijs is natuurlijk heel bijzonder. Ik ben er nog niet over uit of dit nu bijzonder efficiënt, of bijzonder omslachtig is.
Er kleeft echter een nadeel aan deze luxe. We zijn niet alleen consument, maar ook werknemer. Om het even ruw te stellen: er is eigenlijk altijd een Chinees, een Pool, of een robot (vermomd als zelfscankassa, ticketautomaat of website) die jouw werk goedkoper kan. Behalve:
- als je zelf in de automatisering (van app tot zorgrobot) werkt.
- als je in de zorg of in het onderwijs, bij politie of brandweer werkt: in dit geval wordt er geen Chinees voor onderbetaald, maar jijzelf .
Globalisering kent dus winnaars en verliezers. Over het algemeen kun je stellen dat, zolang je in West-Europa woont, je veel luxe ervaart dankzij globalisering, maar dat maakt je nog geen winnaar. De echte winnaars zijn de grote multinationals, die meer macht hebben dan je misschien denkt.



Grote multinationals hoeven zich, in tegenstelling tot de gewone burger, niet te schikken naar de nationale regelgeving. Ze dreigen simpelweg hun zaken te verhuizen naar het buitenland, en onder het mom van ‘banen creëren’ krijgen ze een gunstig belastingklimaat aangeboden.
Om nog enig tegenwicht te kunnen bieden aan de macht van deze grote bedrijven, moeten landen zich ‘supranationaal’ verbinden. De EU is hier een voorbeeld van. Als Nederland staan we machteloos tegen grote bedrijven, maar als Europese unie staan we sterker.
Er zitten wel wat haken en ogen aan. Terwijl de volksvertegenwoordigers in Brussel de burger zouden moeten beschermen, doet de aanwezigheid van 5000+ lobbyisten vermoeden dat ze vooral de markt beschermen. Dit komt de geloofwaardigheid van de Europarlementariers niet ten goede, met een golf van euroscepsis en de Brexit tot gevolg.
En dan heb ik het nog niet eens gehad over de gigantische CO2-uitstoot van de containerschepen, en de erbarmelijke condities aan de andere kant van de wereld voor mens en milieu die voor ons verborgen blijven.
De problemen die de Brexit-, Trump-, of PVV-stemmer ervaren, moeten we niet onderschatten. Het economische systeem dat is opgebouwd sinds halverwege de vorige eeuw begint te rammelen. En het zijn deze mensen die in het Westen de klap als eerste opvangen. De automatisering is pas net begonnen, dus we kunnen meer arbeidsconcurrentie verwachten.
De wereld is aan het veranderen. De vraag is, hoe gaan we er mee om? Terug naar vroeger? Het huidige systeem aanscherpen? Een radicale herziening van het systeem? Of iets ertussenin?
Dat is wat er te kiezen valt in maart. In de volgende update laat ik zien hoe de verschillende partijen stemmen op hieraan gerelateerde moties.